GV010

Het is belangrijk om eerst te bedenken of je wilt koken op gas of elektriciteit. Kijk of je keuken de juiste aansluitingen heeft voordat je een keuze maakt. Beide systemen hebben voor- en nadelen.

Koken op elektriciteit

• Om elektrisch te koken heb je krachtstroom en een Perilex stopcontact, voor een stekker met 5 pinnen, in de keuken nodig. 
• Koken op inductie gaat snel en is energiezuinig. 
• Het veiliger omdat er geen open vuur is en de kookplaat koelt snel af na het koken. 
• De kookplaat is makkelijk schoon te maken. 
• Je hebt pannen nodig die geschikt zijn voor inductie. Pannen die eerder zijn gebruikt op gas werken vaak niet meer op een inductiekookplaat.

Koken op gas

• Om te koken op gas heb je een gasaansluiting in uw keuken nodig. 
• Sommige gasfornuizen hebben ook een wok brander, dit is een extra krachtige brander om op hoge temperaturen te roerbakken. 
• Gasfornuizen hebben een vlambeveiliging, als de vlam dooft stopt de gastoevoer. 
• Door het open vuur is de warmte eenvoudig te regelen. 
• Een gasfornuis is lastiger schoon te maken.
• Door het open vuur is het minder kindvriendelijk.

Welke pannen heb ik nodig?
Elke pan in geschikt om te gebruiken op een gasfornuis, maar dit is niet het geval bij inductiefornuizen. Voor inductie moet de bodem van de pan magnetisch zijn en goed vlak. Pannen die eerder zijn gebruikt op gas werken vaak niet meer op een inductiekookplaat, omdat de bodem niet meer plat is.

• Zet het fornuis uit, verwijder de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat helemaal afkoelen.
• Maak de oven en de binnenkant van de deur na elk gebruik schoon met warm water met afwasmiddel en een vochtige doek. 
• Was de bakplaat en het grillrooster af met warm water en afwasmiddel. 
• Maak ook de buitenkant van het fornuis schoon met een vochtige doek of spons met een mild afwasmiddel.
• Droog alles goed na met een schone doek.

• Laat alle kookzones afkoelen en zet het kinderslot aan.
• Reinig het glazen oppervlak dagelijks met een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel, zoals afwasmiddel. Droog het daarna goed af met een droge theedoek.
• Laat hardnekkige vlekken een tijdje weken door de vochtige doek erop te leggen. Gebruik eventueel een speciaal reinigingsmiddel voor inductiekookplaten. Volg de aanwijzingen op de verpakking.
• Gebruik geen agressieve schurende reinigingsmiddelen, spuitbussen of scherpe voorwerpen om het oppervlak van de kookplaat te reinigen.

• Maak het kookgedeelte na elk gebruik schoon. Etensresten zijn dan nog makkelijk te verwijderen. 
• Laat eerst alle branders afkoelen.
• Gebruik een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel, zoals afwasmiddel. Doe de losse onderdelen niet in de vaatwasser! 
• Haal de pannendragers, branderdeksels en branders van het fornuis en maak ze schoon. 
• Controleer of de thermokoppel en vonkontsteking schoon zijn. Maak deze eventueel schoon met een tandenstoker. 
• Reinig daarna de vangschaal. Droog goed na met een zachte doek. • 
• Plaats de branders en branderdeksels terug op de kookplaat. 
• Plaats de pannendragers terug op de kookplaat. Leg ze voorzichtig op de vangschaal zonder te schuiven.

De ontdooifunctie maakt gebruik van de omgevingstemperatuur. De oven wordt in deze stand dus niet verwarmd. Als je eten sneller wilt ontdooien zet de oven dan op 30 °C. Controleer wel regelmatig of het niet te hard gaat.

• Verwijder alle verpakkingsmateriaal en stickers.
• Zet het fornuis op een stevige, vlakke ondergrond.
• Laat het fornuis aansluiten door een erkende installateur. Dit moet volgens het bijgeleverde installatievoorschrift. 
• Reinig het fornuis en de accessoires met warm water en een mild reinigingsmiddel. Goed naspoelen met water en droog maken.
• Je fornuis is nu klaar voor gebruik.

De oven van een fornuis heeft de onderstaande functies of combinaties hiervan.

Boven- en onderwarmte:
De oven wordt gelijkmatig warm. Dit is voor vrijwel alle ovengerechten geschikt. Gebruik 1 bakplaat of rooster in het midden van de oven.

Hetelucht:
Een ventilator verspreidt de warmte door de hele oven. Gerechten worden gelijkmatig warm en je kunt meerdere bakplaten tegelijk gebruiken. 

Grill:
De hitte komt alleen van het verwarmingselement aan de bovenkant van de oven. Dit is ideaal voor vlees of vis en het maken van een knapperige korst op je ovenschotel.

Onderwarmte:
De hitte komt van het verwarmingselement aan de onderkant. Dit gebruik je voor grotere ovenschotels of gebak dat aan de onderkant goed moet garen. Gebruik 1 bakplaat of rooster tegelijk.

Hiernaast hebben onze fornuizen diverse andere functies. Bekijk al onze fornuizen.

• Controleer of de stekker goed in het stopcontact zit en de zekering in de meterkast in orde is.
• Kijk of de vergrendeling of het kinderslot is geactiveerd, volg eventueel de instructies in de handleiding om dit uit te zetten.
• Maak het bedieningspaneel schoon. Als het vet of vuil is werkt het niet meer goed.
• Soms is een technische storing de oorzaak. Maak de kookplaat ongeveer 1 minuut spanningsvrij door de stekker uit het stopcontact te halen of door in de meterkast de groep uit te schakelen waar het fornuis op zit. 

Heeft dit niet geholpen? Neem contact met ons op.

Controleer het volgende:

• De zekering in de meterkast in orde is.
• De (perilex) stekker goed in het stopcontact zit.
• Er wel spanning op het stopcontact staat.

Heeft dit niet geholpen? Neem contact met ons op.

De vlam is geel, zeer groot en brandt niet regelmatig:

• Standaard is een gaskookplaat gemaakt voor gebruik met aardgas. Dan brandt het fornuis met een normale blauwe vlam. 
• Gebruik je ander gas, bijvoorbeeld butaan of propaan? Dan moet een erkend installateur je fornuis ombouwen. Het moet worden voorzien van andere sproeiers. Doe je dat niet, dan kan de vlam geel of onregelmatig branden. 
• Ook etensresten op de brander kunnen er voor zorgen dat de vlam onregelmatig brandt. Laat de brander afkoelen en maak alle delen goed schoon en droog. De vlam moet nu weer normaal zijn.

De vlam brandt, maar gaat na verloop van tijd uit:
Controleer het volgende:

• Waait de vlam uit door een openstaand raam?
• Staat de afzuigkap op een te hoge stand?
• De onderdelen van de brander zijn verschoven. Laat de brander afkoelen, als dat nodig is en zet de onderdelen van de brander opnieuw in elkaar.
• Het thermokoppel wordt niet heet genoeg. Blijf de bedieningsknop nog 4 seconden ingedrukt houden nadat de vlam aan is.
• Minder gas of een lagere gasdruk kan de oorzaak zijn. Neem hiervoor contact op met je gasleverancier. 
• De gasdruk verschilt per land. In Nederland is het standaard 25 Bar en in België 20 Bar. Een Nederlands gasfornuis is daarom niet geschikt voor België en andersom.

Er verschijnt geen vlam:

• Controleer of de brander vochtig is en droog deze, als dat nodig is.
• Kijk of er geen etensresten tussen de vonkontsteking en de brander zit. Maak eventueel schoon.
• De onderdelen van de brander zijn verschoven. Laat de brander afkoelen, als dat nodig is en zet de onderdelen van de brander opnieuw in elkaar.
• Controleer of de gaskraan gesloten is of dat de gastank leeg is.

De vlam gaat uit als ik deze probeer aan te steken:

• Je hebt de knop voor de ontsteking van de vlam te kort ingedrukt. Blijf de bedieningsknop nog 4 seconden ingedrukt houden nadat de vlam aan is.