CM010

Kijk hoe groot de ruimte is waar het apparaat komt te staan en hoeveel liter inhoud je wilt.

• Ruimte: Zorg dat er 20 cm rondom de magnetron vrij blijft voor ventilatie en dat er genoeg ruimte is om de deur te openen. Zet het apparaat ook niet naast een warmtebron, zoals een verwarming of fornuis. 
• Inhoud: Controleer de binnenmaat van de magnetron en de grootte van het draaiplateau. Passen de schalen en borden erin die je wilt gebruiken? 

Bedenk ook wat voor type magnetron je wilt. 

• Wil je dat het apparaat echt alleen een magnetron is?
• Of wil je liever een oven en magnetron in 1?

Hoeveel vermogen (W of watt) moet de (combi)magnetron hebben?

• Een maximaal vermogen van 700 tot 900 W (watt) is ruim voldoende om eten op te warmen. Heeft de magnetron een hoger vermogen dan gaat opwarmen sneller. 
• Een magnetron heeft verschillende standen. Kijk op de verpakking van het product welke magnetronstand je moet gebruiken.

• Zet het apparaat uit, verwijder de stekker uit het stopcontact en laat het eventueel afkoelen.
• Maak de binnenkant, het draaiplateau en de buitenkant na elk gebruik schoon met een vochtige doek met warm water en wat afwasmiddel. Droog alles goed na met een zachte doek. Het draaiplateau kun je ook in de vaatwasser zetten.

• Kijk op de verpakking van het product hoe je het moet bereiden en welke magnetronstand je moet gebruiken.
• Heeft je magnetron niet de juiste stand? Dan kun je uitrekenen hoe lang het product in de magnetron moet: Op de verpakking staat bijvoorbeeld 11 minuten op 900 (W) watt, maar je magnetron is maar 700 W. Deel 900 door 700. Dat is 1,29 (900 : 700 = 1,29). Vermenigvuldig 1,29 met 11. Dat is 14,19 (1,29 x 11 = 14,19). Verwarm het product 14 min. op 700 W.
• Gebruik altijd een voor de magnetron geschikt bord, schaal of bakje.
• Dek het eten af met een deksel of magnetronfolie. Zo gaat er geen vocht verloren en wordt het goed warm. Voeg bij droge gerechten eventueel 1 of 2 eetlepels water toe.
• Roer het eten tijdens het verwarmen 1 of 2 keer om. Zo wordt het gelijkmatiger warm.
• Verwarm niet te grote porties tegelijk.
• Doe geen metalen voorwerpen of aluminiumfolie in de magnetron!
• Pas ook op met gesloten verpakkingen of producten in de schil. Deze kunnen tijdens het verwarmen open ploffen.

• Pak de magnetron voorzichtig uit en verwijder al het verpakkingsmateriaal. 
• Zet het apparaat op een stevige, vlakke ondergrond en zorg voor genoeg ruimte er omheen voor voldoende ventilatie. 
• Neem de magnetron en de accessoires af met een licht vochtige doek.
• Steek de stekker in een geaard stopcontact. Dat is een stopcontact met een ijzeren pennetje aan de boven- en aan de onderkant. Gebruik geen verlengsnoer.
• Je magnetron is nu klaar voor gebruik.

Controleer of de stekker goed in het stopcontact zit en of de zekering in de meterkast niet is gesprongen.

• Is het eten niet goed ontdooit? Kijk of je het vermogen goed hebt ingesteld.
• Is het eten niet goed warm? Controleer het vermogen en de kooktijd. Schep het eten tijdens het verwarmen om. Dat helpt om alles gelijkmatiger te verwarmen.
• Draait het plateau niet? Maak het draaiplateau en de onderdelen onder het plateau goed schoon en droog en plaats ze terug in de magnetron. Als het nu nog niet draait, dan is de magnetron stuk.

• Gebruik geen metaal, aluminium of bestek in je magnetron. In de handleiding van het apparaat staat een lijst van materialen die wel geschikt zijn om te gebruiken.
• Zet de magnetron nooit aan als die leeg is.
• Aan de binnenkant van de magnetron zit een plaatje (micaplaatje). Vervang het als het beschadigd is.

Tijdens het gebruik van de magnetron komt er altijd vocht vrij uit het eten. Het helpt om het eten af te dekken met een spatdeksel of magnetronfolie, maar voorkomt het niet helemaal.

Maak na gebruik de binnenkant van de magnetron goed droog met een zachte doek.

Geluiden die je magnetron kan maken:

• Zoemend of blazend: Het is normaal dat je magnetron tijdens en na gebruik een zoemend of blazend geluid maakt. Het geluid stopt vanzelf als het apparaat is afgekoeld.
• Knetterend: Kijk of er geen voorwerpen van metaal, aluminium of andere geleidende materialen in de magnetron zitten. Bijvoorbeeld bestek of aluminiumfolie.
• Schurend: Kijk of het draaiplateau goed ligt en of er geen kruimels of vuil onder liggen. Maak eventueel de bodem schoon en plaats de onderdelen en het plateau opnieuw in het apparaat.
• Ploffend: Een ploffend geluid komt waarschijnlijk door het open knappen van een gesloten verpakking. Prik gaatjes in de verpakking voor je het eten in de magnetron legt. Doe dit ook bij voedsel met een harde buitenkant, zoals aardappelen of worst.